Op het moment van schrijven wordt er nog steeds gesteggeld over de invoering van de Omgevingswet (wanneer, wat wel, wat niet etc.). Deventer heeft de oorspronkelijke uitgangspunten van die Wet al jaren geleden omarmd: hoe komen we na een afweging van alle belangen die spelen in onze fysieke leefomgeving tot het realiseren van maatschappelijke ontwikkelingen die mede en verder vorm geven aan Deventer. We zetten deze lijn met overtuigingskracht door! Dat is ook een van de rode draden uit het Bestuursakkoord 2022-2026, Dichtbij, Betrokken&Bevlogen. Dat krijgt onder meer gestalte door het samen met partijen uit de samenleving invulling geven aan gebiedsontwikkelingen. We zien veel voormalige werklocaties (gedeeltelijk) van functie veranderen waardoor er mooie woongebieden kunnen ontstaan, of juist een menging van wonen, werken, leren en ontspannen. De gemeente is daarbij verantwoordelijk voor het creëren van een goed leefklimaat. We maken daarover afspraken met ontwikkelende partijen (ook over realisatietermijnen) en spreken daarover met de directe omgeving (participatie). De gemeente blijft daarbij publiekrechtelijk verantwoordelijk voor het al dan niet doorgaan van een project.  Mooie actuele voorbeelden zijn de ontwikkelingen op het voormalige ROTO-terrein, de Kop Handelskade, Senzora, de Topicus-carré, De Kien, de voormalige Aupinglocatie, Geertruiden, St. Jozef etc.

We hebben niet op alle vragen een antwoord, simpelweg omdat veel vragen nu nog niet bekend zijn door alle ontwikkelingen in de samenleving. We hebben echter wel een Omgevingsvisie die aangeeft op welke manier en langs welke set van spelregels we tot een antwoord op die vragen kunnen komen. Dat maakt dat we flexibel zijn en met de samenleving mee kunnen bewegen.

We zijn inmiddels volop bezig om ruimte te vinden voor de bouw van 11.000 nieuwe woningen (tot 2035). Dat aantal is geen doel op zich. Het belangrijkste is dat onze inwoners voldoende betaalbare woningen krijgen in fijne, leefbare wijken en dorpen. De focus ligt daarbij op het betaalbare en middensegment, om juist die groepen wat ruimte te bieden. Bijzondere aandacht gaat bovendien uit naar het huisvesten van statushouders, vluchtelingen, arbeidsmigranten, en andere huisvestingsurgenten. We zetten daarbij in op het realiseren van flexwoningen. Verder proberen we vooral jonge mensen aan onze gemeente te binden, mede met het oog op het versterken van de arbeidsmarkt. Een heel belangrijk uitgangspunt is dat we kiezen voor inbreiding boven uitbreiding, zonder dat dit ten koste van de leefbaarheid in stad en dorp gaat. Dat betekent dat we ook gaan kijken naar nieuwe uitbreidingslocaties.

We willen een bereikbare en leefbare gemeente zijn. Dat houdt in dat we gaan werken aan het versterken van onze hoofdwegenstructuur (Van Oldeniellaan), en aan de fietsbereikbaarheid van Deventer. Dat draagt bij aan ons uitgangspunt om de binnenstad autoluw te maken. We gaan daarbij inzetten op parkeercapaciteit (Melksterweide, stationsomgeving, Roto-terrein) en zoeken naar een locatie voor een fietsenstalling in de binnenstad. We stimuleren nieuwe vormen van duurzame mobiliteit.

Heel veel aandacht zal uitgaan naar ons landelijk gebied. De discussie wordt nu overschaduwd door de stikstofperikelen, maar er speelt zoveel meer. Langs alle kanten verhevigt de druk op de ruimte: bouwen van woningen, zoeken naar werkterreinen, ruimte voor natuur, water, energie, landschap etc. Bovendien vraagt een duurzame agrarische sector ook om de nodige ruimte. Dat maakt dat we bezig gaan met een visie op het landelijk gebied: wat kan de betekenis daarvan in de toekomst zijn.